Kaïn en Abel
Genesis 4:1-16
Nadat Adam en Eva uit het paradijs waren verdreven, kregen zij twee zonen: Kaïn en Abel. Kaïn, de oudste, werd landbouwer en Abel werd schaapherder. Toen de broers een keer een brandoffer aan God brachten, aanvaardde God het offer van Abel, maar Kaïns offer werd niet aanvaard. Kaïn was beledigd. Hij nam zijn nietsvermoedende broer mee het veld in en doodde hem. Zo werd de eerste moord gepleegd. God veroordeelde Kaïn tot een bestaan als zwerver en vluchteling, maar beloofde God ook Kaïn te beschermen.
Nadat Adam en Eva uit het paradijs waren verdreven, kregen zij twee zonen: Kaïn en Abel. Kaïn, de oudste, werd landbouwer en Abel werd schaapherder. Toen de broers een keer een brandoffer aan God brachten, aanvaardde God het offer van Abel, maar Kaïns offer werd niet aanvaard. Kaïn was beledigd. Hij nam zijn nietsvermoedende broer mee het veld in en doodde hem. Zo werd de eerste moord gepleegd. God veroordeelde Kaïn tot een bestaan als zwerver en vluchteling, maar beloofde God ook Kaïn te beschermen.
ACTIVITEIT: Spel
NODIG
- werkblad 1: spel (kleurenprint) (A4 of A3 formaat) - werkblad 2: vragenkaartjes (geel papier) - werkblad 3: opdrachtenkaartjes (groen papier) - werkblad 4: antwoordenblad (wit papier) - pionnen - dobbelsteen - 1 a 2 appels (of ander fruit) - plastic bekertjes (+/- 30) - pennen - papier |
WERKBLADEN
|
WERKWIJZE
1- Print alle werkbladen uit.
2- Knip de vragenkaartjes en opdrachtenkaartjes uit en leg de stapel gele en groene kaartjes omgedraaid naast het spel.
3- Start het spel.
Gooi de dobbelsteen en ga zoveel vakjes vooruit als het aantal ogen dat je hebt gegooid.
Pak een geel kaartje (vraag) als je op een geel omlijnd vakje komt. Lees de vraag voor.
Heb je het antwoord goed dan mag je 1 plaats vooruit.
Pak een groen kaartje (opdracht) als je op een groen omlijnd vakje komt. Lees de opdracht voor en voer deze uit.
4- De winnaar is diegene die als eerste bij de finish is.
TIP: Het spel is geschikt voor de leeftijd van 4 - 10 jaar.
Voor de 4-6 jarigen kunnen de kaartjes worden voorgelezen.
Ook kunnen de moeilijkere opdrachten (zoals het oplossen van een rebus) van tevoren voor deze leeftijdsgroep uit de stapel
vragen- en opdrachtenkaartjes worden verwijderd.
1- Print alle werkbladen uit.
2- Knip de vragenkaartjes en opdrachtenkaartjes uit en leg de stapel gele en groene kaartjes omgedraaid naast het spel.
3- Start het spel.
Gooi de dobbelsteen en ga zoveel vakjes vooruit als het aantal ogen dat je hebt gegooid.
Pak een geel kaartje (vraag) als je op een geel omlijnd vakje komt. Lees de vraag voor.
Heb je het antwoord goed dan mag je 1 plaats vooruit.
Pak een groen kaartje (opdracht) als je op een groen omlijnd vakje komt. Lees de opdracht voor en voer deze uit.
4- De winnaar is diegene die als eerste bij de finish is.
TIP: Het spel is geschikt voor de leeftijd van 4 - 10 jaar.
Voor de 4-6 jarigen kunnen de kaartjes worden voorgelezen.
Ook kunnen de moeilijkere opdrachten (zoals het oplossen van een rebus) van tevoren voor deze leeftijdsgroep uit de stapel
vragen- en opdrachtenkaartjes worden verwijderd.